De afgelopen 6 jaar woonden wij in Breda, in een aardgasvrije woning met energielabel A. Dit was onze eerste woning en na de eerdere studentenwoningen was dit een aangenaam verschil. De woningen in de wijk waren voor de warmte aangesloten op een WKO (een warmte-koude-opslag-systeem). In de winter gebruikten we de in het grondwater opgeslagen warmte uit de zomer, en andersom. We hadden bijna overal vloerverwarming en het was eigenlijk altijd aangenaam in huis. De ventilatie in huis was ook goed geregeld. Verse lucht werd aangevoerd in onze woonkamer, slaapkamer en kantoorruimte. Vochtige lucht werd afgevoerd vanuit de keuken, badkamer en toilet.
Dat is nu wel anders...
Sinds kort wonen we in Etten-Leur, in een compleet ander type huis. Een woning uit 1973 met energielabel G, wat eigenlijk neerkomt op ‘geen isolatie’. In onze slaapkamers en in de keuken zit nog enkel glas, in de woonkamer zit oud en lek dubbel glas. We hebben een spouwmuur van 6 à 7 centimeter, deze is nog niet geïsoleerd. In het dak zitten wel rieten matten, maar deze isoleren heel beperkt. We hebben gelukkig wel een kruipruimte onder de woning, ook deze is nog niet geïsoleerd. De woning wordt verwarmd door een oude CV-ketel en overal in huis staan radiatoren. Van de vorige eigenaar hebben we begrepen dat het in de zomer erg warm kan zijn binnen en in de winter erg koud. Er moest flink gestookt worden om het in huis aangenaam te hebben. We moeten dus aan de slag om het in de winter aangenaam warm te hebben en in de zomer koel, zonder een enorm hoge energierekening te betalen.
Wij gaan deze uitdaging graag aan en maken er uiteindelijk een goed geïsoleerde aardgasvrije woning van. Dat hoeft gelukkig niet in een paar weken tijd allemaal te gebeuren. De verwachting is dat we hier enkele jaren mee bezig zijn. Hoe sneller hoe beter, maar het is belangrijk om goed na te denken over de stappen die we zetten!